Als jonge, prille, en vooral zuivere vrouw voelde ik mij, in de jaren vijftig, altijd schuldig als ik naar de huishoudbeurs ging. Mijn moeder waarschuwde me telkenmale voor de grote gevaren waaraan ik blootgesteld zou worden. Een luxe pannenlikker die ik niet nodig had, maar wel zou willen hebben! Een uitdagende wringer die mijn menselijke wringkracht op een dood spoor zou brengen! Mijn moeder vond dat ik me niet aan deze verleidingen bloot moest stellen. En toch ging ik.